18.2.1 Inleiding
Van Wm naar Awb
Vanaf 1 januari 1998 zijn de belangrijkste bestuurlijke
handhavingsbepalingen opgenomen in de Algemene wet bestuursrecht
(Awb). Soortgelijke bepalingen uit de Wet milieubeheer (Wm) zijn
daarbij komen te vervallen. Eerder (1993) waren deze bepalingen uit de
sectorale wetten overgeheveld naar de Wm zodat kan worden gesproken
van een integratie naar een hoger (algemener) niveau in twee fasen.
Daardoor is een gelaagde structuur van handhavingsbepalingen
ontstaan die er - algemeen gezegd - op neerkomt dat het uitgangspunt
bij de handhaving de toepassing van de handhavingsbepalingen in de
Awb vormen. In de Wm zijn bepalingen opgenomen die betrekking
hebben op de toepassing van de Awb (aanwijzing toezichthouders,
aanwijzing bevoegd gezag) of die de regeling van de Awb aanvullen
(bestuurlijke handhavingsplicht, handhavingsoverleg, ministeriële
handhavingsbevoegdheid, kostenverhaal bij verwijdering illegale
dumping afval). Ook is daarin de verbodenverklaring van bepaalde
handelingen opgenomen. In de bijzondere milieuregelingen worden de
bepalingen van de Wm van toepassing verklaard, die daardoor naast die
van de Awb gelden en zijn eveneens verbodenverklaringen opgenomen.
Ontwikkeling en systeem handhavingsbepalingen
In deze paragraaf gaan we in algemene zin in op het systeem van deze
beide regelingen en hun onderlinge verhouding. Eerst wordt de
ontwikkeling van deze bepalingen kort geschetst (subpar. 18.2.2)
waarbij de bepalingen van de Wm kort worden aangeduid en daarna
staan we stil bij de structuur van het bestuursrechtelijke
handhavingsrecht: hoe verhouden de regelingen zich tot elkaar bij hun
toepassing? (subpar. 18.2.3). In de laatste subparagraaf (18.2.4)
beschrijven we enkele onderzoeken op het terrein van (vooral) het
bestuursrechtelijke handhavingsrecht en de aanbevelingen die in dat
verband voor de verdere ontwikkeling worden gedaan. Daarbij wordt
tevens het beleid van de minister van VROM ten aanzien van de
ontwikkeling van het instrumentarium weergegeven.